Waarom een basisvergunning?
(4 mei 2007) Het radioamateurisme is in expansie geweest tot rond 1990. In België steeg het aantal vergunning van amper 500 rond 1960 tot meer dan 5000 in 1990. Toen is de groei tot een halt gekomen. De redenen daarvoor zijn genoegzaam bekend. Hetzelfde fenomeen speelde zich af in alle landen met een hoge levensstandaard.
Wilden de radioamateurs, als gemeenschap, genoeg gewicht in de weegschaal kunnen blijven leggen dan moest er iets gebeuren.
Daar waar een radioamateur in de heroïsche dagen van de eerst helft van de 20ste eeuw nog een pionier, een uitvinder, en liefst een ervaren technicus of ingenieur diende te zijn is dit zuiver technisch aspect van de hobby na de jaren 60 in grote mate op de achtergrond geraakt. Wat niet wil zeggen dat in een aantal deelgebieden van onze boeiende hobby er niet nog vele radioamateurs zouden zijn die nog vooruitstrevende technische bijdragen leveren, denken we bijvoorbeeld maar aan het terrein van de zeer hoge frequenties.
Samen met deze evolutie is er voor velen een grotere nadruk komen te liggen op de telecommunicatie en niet in eerste instantie op de techniek van de telecommunicatie. We kunnen niet ontkennen dat ook dit een belangrijk aspect is van de hobby, dat in deze moeilijke tijden, bruggen helpt slaan tussen dikwijls heel verschillende werelden.
We kunnen niet ontkennen dat ook in ons landje een belangrijke groep potentiële radioamateurs een hinderpaal zagen in zowel het morse-examen als in het voor hen dikwijls moeilijke examen om radioamateur te kunnen worden. Er zijn dan ook in de laatste maanden twee belangrijke maatregelen genomen om de instapdrempel te verlagen. Op wereldniveau is door de ITU (afdeling van de UNO) beslist de kennis van de morsecode niet langer als voorwaarde te stellen om toegang te hebben op de HF-banden. Verder was het onze zustervereniging de RSGB die in het Verenigd Koninkrijk het initiatief nam om een volledig nieuwe "instapvergunning" uit de grond te stampen, die aan de beginners de kans zou geven ook op de HF-banden actief te zijn, om zo te kunnen "proeven" van alle banden.
De "Foundation Licence" in de UK, waar er 50.000 vergunningen zijn (10 maal zoveel als bij ons) werd een groot succes, met niet minder dan 5.000 nieuwe gelicentieerden in 2 jaar. Begin 2003 heeft de UBA aan het BIPT een voorstel overgemaakt van een dergelijke instapvergunning. De reacties waren zeer positief en al in september 2003 legde de UBA een volledig gedetailleerd leerplan, gebaseerd op dat van de "Foundation Licence" voor aan het BIPT. Het is dit leerplan, dat quasi zonder één wijziging door het BIPT werd aanvaard.
De nodige veranderingen aan het Ministerieel Besluit betreffende de Radioamateurs, die het invoeren van een dergelijke nieuwe instapvergunning moeten mogelijk maken, werden eveneens besproken en er werd vlug een consensus bereikt over bijna al de punten die de nieuwe instaplicentie betreft.
De UBA heeft bij het BIPT een voorstel gedaan om de tot dan toe bestaande categorie aspirant privaat radiotelefonist (ON2) te vervangen door de basisvergunning. De besprekingen hierover tussen de UBA en het BIPT waren zeer constructief en in een nieuw MB is deze nieuwe aanpak bevestigd en vastgelegd.
De kernpunten van de basisvergunning zijn:
- De leerstof omhelst elementaire kennis over reglementering, radiotechniek, antennes, propagatie, EMC en veiligheid. Er is geen CW-examen.
- Het examen omvat een theoretische en een praktische proef, waarin men moet aantonen dat men zend- en ontvangstapparatuur kan gebruiken en een QSO kan maken.
- Het volgen van een opleiding (cursus) bij een erkende radioamateurvereniging is niet verplicht maar wordt, gezien de praktische proef verbonden aan het examen, toch sterk aanbevolen. Erkende radioamateurverenigingen zijn verenigingen die deze cursussen en de praktische proeven organiseren op verschillende plaatsen in ons land.
- De praktische proef wordt afgenomen door dezelfde erkende verenigingen van radioamateurs.
- De kandidaten die in deze proef slagen krijgen een attest, waarmede ze zich kunnen aanbieden bij het BIPT om het theoretische examen af te leggen te Brussel (meerkeuze vragen, op PC).
- De houders van een basisvergunning krijgen toegang tot alle amateurbanden tussen 1,8 MHz en 440 MHz, maar met een beperkt zendvermogen.
- Ze mogen enkel commerciële apparatuur gebruiken.
De basisvergunning dient gezien te worden als een vergunning die de kandidaten alle fascinerende aspecten van de hobby leert kennen. Het is de bedoeling dat houders van een basisvergunning zich verder zullen vervolmaken en mettertijd een HAREC vergunning zouden behalen, die hun alle privileges zal geven.