UBAKoninklijke Unie van de Belgische Zendamateurs vzw

slideshow 1

Photo: Couloir

Koninklijk besluit houdende wijziging van het koninklijk besluit van 18 december 2009 betreffende de private radiocommunicatie en de gebruiksrechten voor vaste netten en netten met gedeelde middelen

Vandaag is het "Koninklijk besluit houdende wijziging van het koninklijk besluit van 18 december 2009 betreffende de private radiocommunicatie en de gebruiksrechten voor vaste netten en netten met gedeelde middelen" in het Staatsblad verschenen. Dit is het nieuwe KB waarop we ale jaren wachten.
Omdat dit KB enkel de wijzigingen ten opzichte van het KB van 2009 bevat moet het samen met dit KB gelezen worden.
Hieronder vind je de voornaamste wijzigingen die ons (radioamateurs) aanbelangen in een notendop:

1. Invoering van de stationsvergunning en het bedieningscertificaat
Hiervoor moest het KB op verschillende plaatsen aangepast worden:
a. Roepnaam:
- De omschrijving van het begrip “roepnaam” is gewijzigd zodat het niet langer enkel aan een specifiek radiocommunicatiestation gelinkt kan zijn maar ook aan de persoon die houder is van een bedieningscertificaat.
- In geval van een rechtspersoon (vereniging met een rechtsstatuut zoals vzw) wordt de vergunning toegekend een een radiostation. Dit zal het geval zijn voor clubstations, bakens en omzetters.
- In geval van een natuurlijke persoon wordt de roepnaam toegekend aan de houder van een bedieningcertificaat.
- Zowel natuurlijke personen als rechtspersonen kunnen bijkomende roepnamen aanvragen (vb. vanity call).

b. Bedieningscertificaat:
- Klassen:
1° het klasse A-bedieningscertificaat dat overeenstemt met het geharmoniseerde certificaat voor het ″HAREC″-radioamateurexamen, dat wordt beschreven in de T/R 61-02-aanbeveling van de CEPT betreffende het certificaat voor geharmoniseerd radioamateurexamen, en dat wordt beschouwd als zijnde de hoogste vergunning bedoeld in artikel 34, eerste lid, 2°, van de wet; of
2° het klasse B-bedieningscertificaat dat overeenstemt met het beginnerscertificaat bedoeld in aanbeveling ECC (05)06 van de CEPT betreffende de radioamateurvergunning voor beginnelingen; of
3° het klasse C-bedieningscertificaat dat overeenstemt met het basiscertificaat bedoeld in het rapport 89 van het ECC, betreffende een radioamateurexamen en -vergunning op instapniveau (merk op dat de basivergunning nu formeel gelinkt is aan ECC rapprt 89).
- Een bedieningscertificaat kan toegekend worden aan natuurlijke personen
1° op basis van een met succes afgelegd examen georganiseerd door het Instituut; of
2° op basis van een met succes afgelegd examen afgelegd in het buitenland; of
3° op basis van een Belgische vergunning van de 5e categorie verkregen vóór 1 januari 2019.
- De minimum leeftijd voor het toekennen van een bedieningscertificaat is 12 jaar.
- In geval van wijziging van de gegevens (vb. verhuis), van verlies, van diefstal of van beschadiging van een bedieningcertificaat, moet het BIPT worden geïnformeerd en moet een nieuw bedieningscertificaat worden aangevraagd.
- Het bedieningscertificaat heeft een geldigheidsduur van 5 jaar.
- Zijn vrijgesteld van het verwerven van een bedieingscertificaat:
1° de personen die het woord nemen op de radioamateurfrequenties in het kader van activiteiten ter bevordering van de 5e categorie waarvoor het Instituut een vergunning heeft verleend op basis van een gemotiveerd verzoek dat voordien ingediend is door een erkende radioamateurvereniging of een radioclub (JOTA, ARISS);
2° elke persoon die een door een erkende radioamateurvereniging georganiseerde opleiding volgt, in het kader van die opleiding.
Personen die vrijgesteld zijn van een bedieningscertificaat, gebruiken de roepnaam van het station van de radioclub of van de erkende radioamateurvereniging.
 
c. Stationsvergunning algemeen:
- BIPT krijgt meer flexibiliteit te geven om de structuur, de vorm en de samenstelling van een vergunning:
1° Het vergunningsformaat wordt niet langer gepreciseerd
2° Het gebruik van nieuwe technologieën (stickers, QR-codes, enz.) wordt mogelijkheid
3° Het wordt mogelijk om vergunningen uitzonderlijk op elektronische weg te bezorgen (vb. PDF per e-mail).
- Een stationsvergunning heeft een geldigheidsduur van maximum 1 jaar.
- De minimum leeftijd voor het toekennen van een stationsvergunning is 12 jaar.

d. Stationsvergunning voor natuurlijke personen:
- Elke natuurlijke persoon die een stationsvergunning aanvraagt moet voorafgaand houder zijn van een bedieningscertificaat dat het gebruik van het betrokken station toestaat.
- Een stationsvergunning moet aangevraagd worden voor:
1° een vergunning die één enkel vast station, alsook een mobiel station en een draagbaar station dekt;
2° een vergunning voor een bijkomend vast, mobiel of draagbaar station.
- Houders van een klasse A-bedieningscertificaat (HAREC) mogen een stationsvergunning aanvragen voor een op afstand bediend radioamateurstation dat gebruikt wordt van op het Belgische grondgebied.

e. Stationsvergunning voor rechtspersonen:
- Moet aangevraagd worden voor elke radiostation van deze rechtspersoon (clubstations, bakens, omzetters).
- Een erkende radioamateurvereniging of een radioclub mag, na het BIPT vooraf daarover te hebben ingelicht, haar/zijn vaste station gedurende maximaal een week verplaatsen om deel te nemen aan een wedstrijd of een collectieve radioamateuractiviteit. In dat geval is geen enkele aanpassing van de vergunning nodig.

2. Examens
a. De minimumleeftijd voor deelname bedraagt 12 jaar voor de bedieningscertificaten van de 5e categorie.
b. Er wordt geen vrijstelling van examenstof verleend.
c. De leerstof en wijze waarop de examens afgenomen worden, alsook de voorwaarden om te slagen, worden door het BIPT bepaald. Hierover komt zeer waarschijnlijk binnenkort een raadpleging.

3. Erkende radioamateurverenigingen
a. Voorwaarden
1° de statuten tonen aan dat het maatschappelijk doel bestaat uit de verdediging en bevordering van alle activiteiten die verband houden met de 5e categorie;
2° de groepering beschikt over vaste radiostations van de 5e categorie in ten minste vijf Belgische provincies ofwel in vier Belgische provincies en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;
3° de groepering organiseert alle opleidingen van de kandidaten voor de examens voor de toekenning van de bedieningscertificaten van de 5e categorie, waarvan de voorwaarden worden vastgesteld door het Instituut. Deze opleidingen zijn toegankelijk zonder voorafgaand lidmaatschap. Indien de kandidaat geen lid is, mogen de kosten voor de opleiding niet hoger zijn dan de werkelijke kosten beoordeeld op basis van de totale opgelopen kosten gedurende een jaar en op het totale aantal studenten tijdens datzelfde jaar;
4° ten minste twee van de gevolmachtigden die de groepering vertegenwoordigen zijn houder van een bedieningscertificaat van klasse A bedoeld in artikel 17/1, § 3, eerste lid, 1°.
Wat betreft 3°: het KB verplicht ons om de opleidingen toegangkelijk te maken zonder voorafgaand lidmaatschap. Het is niet duidelijke of dit enkel slaat op het lidmaatschap van de erkende vereniging (in casu UBA) of ook van een eventuele lokale vereniging. In geval van niet-leden mogen ook alle werkelijke kosten doorgerekend worden aan de betrokkenen. Dit gaat over hun bijdrage in de huur van het lokaal, kosten voor water, elektriciteit en verwarming, eventuele extra verzekering voor het toelaten van niet-leden, verplaatsingskosten van de lesgevers, ...
Het is niet onmogelijk dat de bijdrage die men, op basis van bovenstaande, mag vragen aan niet-leden hoger zal zijn dan het lidgeld.

b. CW examen
De erkende radioamateurverenigingen mogen toetsen organiseren over de kennis van morsecode onder de voorwaarden die door het Instituut worden vastgesteld. Op basis van deze toetsen levert het Instituut een attest af inzake kennis van morsecode.

4. Geëncrypteerde berichten
a. Na toestemming van het Instituut, mag de houder van een vergunning voor een automatisch station of voor een van op afstand bediend station geëncrypteerde berichten gebruiken voor het beheer van zijn station.
b. In geval van oefeningen, georganiseerd door een Belgische nooddienst, kan de houder van een bedieningscertificaat van de 5e categorie, met voorafgaand akkoord van het Instituut, communiceren over onderwerpen betreffende deze oefeningen.

5. Noodcommunicatie
Op verzoek van de autoriteiten die bevoegd zijn voor crisisbeheer, mag de houder van een certificaat van de 5e categorie de Belgische nooddiensten bijstaan door zijn stations van de 5e categorie in te zetten om het uitvallen van de elektronische communicatie op te vangen.
Daarbij mag hij met name:
1° geëncrypteerde of gecodeerde berichten verzenden;
2° gebruikmaken van elk station van de 5e categorie, met de toestemming van de houder van de vergunning van het betrokken station; en
3° communiceren over onderwerpen met betrekking tot de activiteiten van de nooddiensten.
 
6. Allerlei
- APRS uitzendingen door natuurlijke personen vallen niet meer onder de automatische uitzendingen waarvoor een afzondelijke vergunning moet aangevraagd worden.
- De gebruiker van een radiostation geeft in alle omstandigheden voorrang aan de diensten met primaire status voor de uitzendingen op frequenties waarop de dienst een secundaire status heeft (belangerijk op de banden waar wij een secundaire status hebben).
- Wanneer een radiostation bij een derde is geïnstalleerd, geeft de derde een permanente toegang tot het station aan de bevoegde controleoverheden, waarbij hij hun veiligheid garandeert (dit is niet enkel van toepassing voor bakens en omzetters, maar ook voor op afstand bediende stations!).

OPGELET: Dit KB treedt in werking op 1 januari 2019. Het KB voorziet dat BIPT de frequentietabel en examenvoorwaarden vastlegt. Dit zal gebeuren door een Besluit van de Raad van BIPT, voorafgegaan door een raadpleging.
De raadpleging voor de frequentietabel loopt momenteel, voor de examens komt er vermoedelijk binnenkort een raadpleging.
Zolang er geen nieuw Besluit van de Raad van BIPT verschenen is blijft de huidige frequentietabel (https://www.bipt.be/nl/consumenten/radio/radioamateurs/frequentiebanden-en-technische-eigenschappen-toegestaan-voor-de-verschillende-klassen-van-radioamateurvergunningen) van kracht, ook na 1 januari 2019. Dit is tegenstelling tot bepaalde "indianenverhalen" die momenteel de ronde doen via e-mail en op verschillende fora.

 Je kan het volledige KB hier lezen.