UBAUnion royale belge des amateurs-émetteurs a.s.b.l.

slideshow 1

Photo: Couloir

Actueel - Detail

LoTW overschrijdt de kaap van 1.000.000.000 QSOs 21-12-2018

LoTWOp 19 december overschreed de teller van LoTW de kaap van 1.000.000.000 QSO's! Het miljardste QSO werd geüpload door 7X3WPL, de Sahara DX Radio Club, om 23:32 UTC voor een 20-meter SSB-contact met met Davide Cler, IW1DQS, dat plaatsvond op 28 december 2016. De upload resulteerde in een match (QSL). In zijn vijftienjarige geschiedenis vonden meer dan 187 miljoen verbindingen een "match" die o.m. voor het vermaarde DXCC kunnen worden aangewend.

 

Wie (nog) niet met Logbook of The World vertrouwd is raden we aan een kijkje te nemen op deze webpagina waar je stap voor stap kan ontdekken hoe je te werk moet gaan.


Le LoTW dépasse le cap des 1.000.000.000 de QSO enregistrés 21-12-2018

LoTWLe 19 décembre dernier, le compteur du LoTW a dépassé le cap des 1.000.000 de QSO avec le transfert effectué par 7X3WPL (Sahara DX Radio Club) à 23h32 renseignant un contact effectué en 20m en SSB avec Davide Cler, IW1DQS datant du 28 décembre 2016. Ce transfert a abouti à un match (QSL). 

 
Durant ses quinze d’existence, plus de 187 millions de contacts ont abouti à un "match" rentrant en ligne de compte pour entre autres, l’attribution du célèbre diplôme du DXCC.
 
Pour celles et ceux qui ne sont pas (encore) familiers avec le LoTW, nous les invitons à jeter un œil sur cette page internet pour découvrir pas à pas, comment procéder. 
 

Koninklijk besluit houdende wijziging van het koninklijk besluit van 18 december 2009 betreffende de private radiocommunicatie en de gebruiksrechten voor vaste netten en netten met gedeelde middelen 27-12-2018
Vandaag is het "Koninklijk besluit houdende wijziging van het koninklijk besluit van 18 december 2009 betreffende de private radiocommunicatie en de gebruiksrechten voor vaste netten en netten met gedeelde middelen" in het Staatsblad verschenen. Dit is het nieuwe KB waarop we ale jaren wachten.
Omdat dit KB enkel de wijzigingen ten opzichte van het KB van 2009 bevat moet het samen met dit KB gelezen worden.
Hieronder vind je de voornaamste wijzigingen die ons (radioamateurs) aanbelangen in een notendop:

1. Invoering van de stationsvergunning en het bedieningscertificaat
Hiervoor moest het KB op verschillende plaatsen aangepast worden:
a. Roepnaam:
- De omschrijving van het begrip “roepnaam” is gewijzigd zodat het niet langer enkel aan een specifiek radiocommunicatiestation gelinkt kan zijn maar ook aan de persoon die houder is van een bedieningscertificaat.
- In geval van een rechtspersoon (vereniging met een rechtsstatuut zoals vzw) wordt de vergunning toegekend een een radiostation. Dit zal het geval zijn voor clubstations, bakens en omzetters.
- In geval van een natuurlijke persoon wordt de roepnaam toegekend aan de houder van een bedieningcertificaat.
- Zowel natuurlijke personen als rechtspersonen kunnen bijkomende roepnamen aanvragen (vb. vanity call).

b. Bedieningscertificaat:
- Klassen:
1° het klasse A-bedieningscertificaat dat overeenstemt met het geharmoniseerde certificaat voor het ″HAREC″-radioamateurexamen, dat wordt beschreven in de T/R 61-02-aanbeveling van de CEPT betreffende het certificaat voor geharmoniseerd radioamateurexamen, en dat wordt beschouwd als zijnde de hoogste vergunning bedoeld in artikel 34, eerste lid, 2°, van de wet; of
2° het klasse B-bedieningscertificaat dat overeenstemt met het beginnerscertificaat bedoeld in aanbeveling ECC (05)06 van de CEPT betreffende de radioamateurvergunning voor beginnelingen; of
3° het klasse C-bedieningscertificaat dat overeenstemt met het basiscertificaat bedoeld in het rapport 89 van het ECC, betreffende een radioamateurexamen en -vergunning op instapniveau (merk op dat de basivergunning nu formeel gelinkt is aan ECC rapprt 89).
- Een bedieningscertificaat kan toegekend worden aan natuurlijke personen
1° op basis van een met succes afgelegd examen georganiseerd door het Instituut; of
2° op basis van een met succes afgelegd examen afgelegd in het buitenland; of
3° op basis van een Belgische vergunning van de 5e categorie verkregen vóór 1 januari 2019.
- De minimum leeftijd voor het toekennen van een bedieningscertificaat is 12 jaar.
- In geval van wijziging van de gegevens (vb. verhuis), van verlies, van diefstal of van beschadiging van een bedieningcertificaat, moet het BIPT worden geïnformeerd en moet een nieuw bedieningscertificaat worden aangevraagd.
- Het bedieningscertificaat heeft een geldigheidsduur van 5 jaar.
- Zijn vrijgesteld van het verwerven van een bedieingscertificaat:
1° de personen die het woord nemen op de radioamateurfrequenties in het kader van activiteiten ter bevordering van de 5e categorie waarvoor het Instituut een vergunning heeft verleend op basis van een gemotiveerd verzoek dat voordien ingediend is door een erkende radioamateurvereniging of een radioclub (JOTA, ARISS);
2° elke persoon die een door een erkende radioamateurvereniging georganiseerde opleiding volgt, in het kader van die opleiding.
Personen die vrijgesteld zijn van een bedieningscertificaat, gebruiken de roepnaam van het station van de radioclub of van de erkende radioamateurvereniging.
 
c. Stationsvergunning algemeen:
- BIPT krijgt meer flexibiliteit te geven om de structuur, de vorm en de samenstelling van een vergunning:
1° Het vergunningsformaat wordt niet langer gepreciseerd
2° Het gebruik van nieuwe technologieën (stickers, QR-codes, enz.) wordt mogelijkheid
3° Het wordt mogelijk om vergunningen uitzonderlijk op elektronische weg te bezorgen (vb. PDF per e-mail).
- Een stationsvergunning heeft een geldigheidsduur van maximum 1 jaar.
- De minimum leeftijd voor het toekennen van een stationsvergunning is 12 jaar.

d. Stationsvergunning voor natuurlijke personen:
- Elke natuurlijke persoon die een stationsvergunning aanvraagt moet voorafgaand houder zijn van een bedieningscertificaat dat het gebruik van het betrokken station toestaat.
- Een stationsvergunning moet aangevraagd worden voor:
1° een vergunning die één enkel vast station, alsook een mobiel station en een draagbaar station dekt;
2° een vergunning voor een bijkomend vast, mobiel of draagbaar station.
- Houders van een klasse A-bedieningscertificaat (HAREC) mogen een stationsvergunning aanvragen voor een op afstand bediend radioamateurstation dat gebruikt wordt van op het Belgische grondgebied.

e. Stationsvergunning voor rechtspersonen:
- Moet aangevraagd worden voor elke radiostation van deze rechtspersoon (clubstations, bakens, omzetters).
- Een erkende radioamateurvereniging of een radioclub mag, na het BIPT vooraf daarover te hebben ingelicht, haar/zijn vaste station gedurende maximaal een week verplaatsen om deel te nemen aan een wedstrijd of een collectieve radioamateuractiviteit. In dat geval is geen enkele aanpassing van de vergunning nodig.

2. Examens
a. De minimumleeftijd voor deelname bedraagt 12 jaar voor de bedieningscertificaten van de 5e categorie.
b. Er wordt geen vrijstelling van examenstof verleend.
c. De leerstof en wijze waarop de examens afgenomen worden, alsook de voorwaarden om te slagen, worden door het BIPT bepaald. Hierover komt zeer waarschijnlijk binnenkort een raadpleging.

3. Erkende radioamateurverenigingen
a. Voorwaarden
1° de statuten tonen aan dat het maatschappelijk doel bestaat uit de verdediging en bevordering van alle activiteiten die verband houden met de 5e categorie;
2° de groepering beschikt over vaste radiostations van de 5e categorie in ten minste vijf Belgische provincies ofwel in vier Belgische provincies en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;
3° de groepering organiseert alle opleidingen van de kandidaten voor de examens voor de toekenning van de bedieningscertificaten van de 5e categorie, waarvan de voorwaarden worden vastgesteld door het Instituut. Deze opleidingen zijn toegankelijk zonder voorafgaand lidmaatschap. Indien de kandidaat geen lid is, mogen de kosten voor de opleiding niet hoger zijn dan de werkelijke kosten beoordeeld op basis van de totale opgelopen kosten gedurende een jaar en op het totale aantal studenten tijdens datzelfde jaar;
4° ten minste twee van de gevolmachtigden die de groepering vertegenwoordigen zijn houder van een bedieningscertificaat van klasse A bedoeld in artikel 17/1, § 3, eerste lid, 1°.
Wat betreft 3°: het KB verplicht ons om de opleidingen toegangkelijk te maken zonder voorafgaand lidmaatschap. Het is niet duidelijke of dit enkel slaat op het lidmaatschap van de erkende vereniging (in casu UBA) of ook van een eventuele lokale vereniging. In geval van niet-leden mogen ook alle werkelijke kosten doorgerekend worden aan de betrokkenen. Dit gaat over hun bijdrage in de huur van het lokaal, kosten voor water, elektriciteit en verwarming, eventuele extra verzekering voor het toelaten van niet-leden, verplaatsingskosten van de lesgevers, ...
Het is niet onmogelijk dat de bijdrage die men, op basis van bovenstaande, mag vragen aan niet-leden hoger zal zijn dan het lidgeld.

b. CW examen
De erkende radioamateurverenigingen mogen toetsen organiseren over de kennis van morsecode onder de voorwaarden die door het Instituut worden vastgesteld. Op basis van deze toetsen levert het Instituut een attest af inzake kennis van morsecode.

4. Geëncrypteerde berichten
a. Na toestemming van het Instituut, mag de houder van een vergunning voor een automatisch station of voor een van op afstand bediend station geëncrypteerde berichten gebruiken voor het beheer van zijn station.
b. In geval van oefeningen, georganiseerd door een Belgische nooddienst, kan de houder van een bedieningscertificaat van de 5e categorie, met voorafgaand akkoord van het Instituut, communiceren over onderwerpen betreffende deze oefeningen.

5. Noodcommunicatie
Op verzoek van de autoriteiten die bevoegd zijn voor crisisbeheer, mag de houder van een certificaat van de 5e categorie de Belgische nooddiensten bijstaan door zijn stations van de 5e categorie in te zetten om het uitvallen van de elektronische communicatie op te vangen.
Daarbij mag hij met name:
1° geëncrypteerde of gecodeerde berichten verzenden;
2° gebruikmaken van elk station van de 5e categorie, met de toestemming van de houder van de vergunning van het betrokken station; en
3° communiceren over onderwerpen met betrekking tot de activiteiten van de nooddiensten.
 
6. Allerlei
- APRS uitzendingen door natuurlijke personen vallen niet meer onder de automatische uitzendingen waarvoor een afzondelijke vergunning moet aangevraagd worden.
- De gebruiker van een radiostation geeft in alle omstandigheden voorrang aan de diensten met primaire status voor de uitzendingen op frequenties waarop de dienst een secundaire status heeft (belangerijk op de banden waar wij een secundaire status hebben).
- Wanneer een radiostation bij een derde is geïnstalleerd, geeft de derde een permanente toegang tot het station aan de bevoegde controleoverheden, waarbij hij hun veiligheid garandeert (dit is niet enkel van toepassing voor bakens en omzetters, maar ook voor op afstand bediende stations!).

OPGELET: Dit KB treedt in werking op 1 januari 2019. Het KB voorziet dat BIPT de frequentietabel en examenvoorwaarden vastlegt. Dit zal gebeuren door een Besluit van de Raad van BIPT, voorafgegaan door een raadpleging.
De raadpleging voor de frequentietabel loopt momenteel, voor de examens komt er vermoedelijk binnenkort een raadpleging.
Zolang er geen nieuw Besluit van de Raad van BIPT verschenen is blijft de huidige frequentietabel (https://www.bipt.be/nl/consumenten/radio/radioamateurs/frequentiebanden-en-technische-eigenschappen-toegestaan-voor-de-verschillende-klassen-van-radioamateurvergunningen) van kracht, ook na 1 januari 2019. Dit is tegenstelling tot bepaalde "indianenverhalen" die momenteel de ronde doen via e-mail en op verschillende fora.

 Je kan het volledige KB hier lezen.

Arrêté Royal portant modification de l'Arrêté Royal du 18 décembre 2009 relatif aux communications radioélectriques privées et aux droits d'utilisation des réseaux fixes et des réseaux à ressources partagées 27-12-2018
Aujourd'hui le nouvel Arrêté Royal portant modification de l'Arrêté Royal du 18 décembre 2009 relatif aux communications radioélectriques privées et aux droits d'utilisation des réseaux fixes à ressources partagées a été publié au Moniteur Belge. Cet AR modifie l'AR du 18 décembre 2009, il faut donc lire les deux textes en même temps.
Voici les modifications qui impactent les radioamateurs :
 
1. Introduction d'une licence station et d'un certificat d'opérateur séparés
L'AR de 2009 est modifié à plusieurs endroits:
a. Indicatif:
- La description du terme "indicatif" est modifié pour ne plus forcément correspondre à une station de radiocommunication spécifique mais peut aussi être appliquée à une personne titulaire d'un certificat d'opérateur.
- Dans le cas d'une personne morale (associations en asbl ....) l'indicatif est attribué à une station (club, relais, balise ...)
- Dans le cas d'une personne physique l'indicatif est attribué au titulaire d'un certificat d'opérateur.
- Les personnes physiques et morales peuvent demander des indicatifs supplémentaires (vanity call, event call ...)
 
b. Certificats d'opérateurs:
- classes:
1° la classe A d'un certificat d'opérateur correspond au certificat délivré dans le cadre de l'examen harmonisé ″HAREC″ comme décrit dans la recommandation CEPT T/R 61-02; ceci est la plus haute classe selon l'article 34, premier paragraphe, 2°, de la loi.
2° la classe B d'un certificat d'opérateur correspond au certificat délivré dans le cadre de l'examen selon la recommandation ECC (05)06 de la CEPT, soit de la licence "novice".
3° la classe C d'un certificat d'opérateur correspond au certificat délivré dans le cadre de l'examen correspondant au rapport 89 du ECC, soit de la licence "de base". Cette classe est donc formellement liée au rapport 89 de l'ECC.
- un certificat d'opérateur peut être donné à une personne physique
1° sur base de la réussite d'un examen auprès de l’Institut ; ou
2° sur base de la réussite d'un examen équivalent et reconnu auprès d'une administration étrangère ; ou
3° sur base d'une autorisation de 5ième catégorie délivrée avant le 1er janvier 2019.
- l’âge minimum pour obtenir un certificat d'opérateur est de12 ans.
- dans le cas d'un changement des données (changement d'adresse ...), de perte, de vol ou de détérioration d'un certificat d'opérateur, il faut en informer l'IBPT et demander un nouveau certificat.
- le certificat d'opérateur est valable 5 ans.
- sont dispensés d'un certificat d’opérateur :
1° les personnes qui prennent la parole sur des fréquences radioamateurs dans le cadre d'activités de promotions de la 5ième catégorie (JOTA, ARISS ...), pour autant que l'IBPT ait donné l'autorisation à une association reconnue sur demande motivée.
2° les personnes qui suivent une formation organisée par une association reconnue dans le cadre de cette formation. L'indicatif utilisé sera celui du club ou de l'association.
 
c. Licences station (en général):
- L'IBPT dispose de plus de flexibilité quant à la forme et la composition des licences :
1° Le format des licences n'est plus imposé par l'AR
2° L'utilisation de nouvelles technologies devient possible (stickers, QR-codes ...).
3° Il devient possible d'envoyer les licences en format électronique (p.ex. PDF via e-mail).
- Les licences-station sont valables maximum un an.
- l’âge minimum pour obtenir une licence-station est de 12 ans.
 
d. Licences stations pour personnes physiques :
- Une personne qui demande une licence-station doit être titulaire d'un certificat d'opérateur.
- Une licence station doit être demandé comme :
1° une autorisation pour une station fixe ; celle-ci couvre aussi une station mobile ou portable ;
2° une autorisation pour une station à une seconde résidence.
- Les titulaires d'un certificat d'opérateur de classe A (HAREC) peuvent aussi demander une licence pour une station commandée à distance et établie sur le territoire belge.
 
e. Licences stations pour personnes morales :
- Les licences doivent être demandée pour chaque station (station club, balises, relais).
- Une association reconnue ou un club radio peut, après en avoir informé l'IBPT, déplacer temporairement (maximum une semaine) la station fixe pour participer à un concours ou une activité collective de radioamateurs. Dans ces cas il ne faut pas adapter la licence.
 
2. Examens
a. L’âge minimum pour participer à un examen pour obtenir un certificat de 5ième catégorie est de 12 ans.
b. Il n'y a aucune dispense sur la matière de l'examen.
c. La matière, la forme de l'examen et les critères de réussite sont déterminés par l'IBPT. (Il y aura probablement une consultation à ce sujet.)
 
3. Associations reconnues
a. Dispositions
1° Les statuts de l'association doivent clairement reprendre dans son objectif la défense et promotion d'activités dans le cadre de la 5ième catégorie ;
2° L'association dispose de stations de 5ième catégorie dans au moins 5 provinces belges, ou 4 provinces belges et dans la région Bruxelles-capitale ;
3° l'association organise des formations pour préparer aux examens de la 5ième catégorie en reprenant les directives de l'IBPT. Ces formations doivent être accessibles à tous, même pour les non-membres. Dans ce cas une participation aux frais peut être demandée (sur base du prix coutant moyen);
4° au moins deux des responsables de l'associations doivent être titulaires d'un certificat d'opérateur de classe A comme repris dans l'article 17/1, § 3, premier paragraphe, 1°.
Concernant le point 3 : L’AR nous oblige à rendre les formations accessibles sans que le candidat soit préalablement membre. 
Ceci n’est pas clair si ce point se réfère uniquement pour l’affiliation à une association reconnue (dans le cas présent, l’UBA) ou à l’encontre d’une éventuelle association locale. Dans le cas où le candidat n’est pas membre, tous les coûts réels pourraient lui être porté en compte. Cela concerne une contribution pour la location de la salle, les couts de chauffage et d’électricité, toute assurance complémentaire pour couvrir un candidat non-membre, les frais de déplacements des formateurs …
Il n’est donc pas impossible au vu de ce qui décrit ci-dessus que les frais réels pouvant être à charge d’un candidat non-membre soient plus élevés qu’une affiliation. 
 
b. Examens de CW
Les associations reconnues de radioamateurs peuvent organiser les tests de connaissance du code morse aux conditions fixées par l’Institut. Sur base de ces tests, l’Institut délivre une attestation de connaissance du code morse.
 
4. Messages cryptés
a. Après autorisation de l’Institut, le titulaire d’une autorisation de station automatique ou de station commandée à distance peut utiliser des messages cryptés pour la gestion de sa station.
b. En cas d’exercices organisés par un service de secours belge, le titulaire d’un certificat d’opérateur de 5e catégorie peut, moyennant accord préalable de l’Institut, communiquer sur des sujets relatifs à ces exercices.
 
5. Communications d’urgence
Sur demande des autorités compétentes en matière de gestion de crise, le titulaire d’un certificat de 5e catégorie peut assister les services de secours belges en déployant ses stations de 5e catégorie en vue de suppléer la défaillance des communications électroniques. 
Dans ce cadre, il peut notamment :
1° transmettre des messages cryptés ou codés ;
2° utiliser toute station de 5e catégorie, moyennant accord du titulaire de l’autorisation de la station concerné ; et
3° communiquer sur des sujets relatifs aux activités des services de secours.
 
6. Divers
- Les émissions en APRS réalisées par des personnes physiques ne sont plus considérées comme des émissions automatiques pour lesquelles une licence particulière doit être demandée.  
- Le paragraphe 2, 1°, fixe les règles de priorité entre des services dont les statuts sont différents, puisqu’un service avec un statut primaire a la priorité sur un service avec un statut secondaire. Par exemple, dans la bande des 70 MHz où les applications professionnelles sont un service à statut primaire, les radioamateurs qui sont un service à statut secondaire doivent dès lors respecter la priorité des premiers.
- Lorsqu’une station de radiocommunications est installée chez un tiers, le tiers donne un accès permanent à la station concernée aux autorités de contrôle compétentes en garantissant leur sécurité (ceci ne vaut pas uniquement pour les balises et les relais mais aussi pour les stations commandées à distance !). 
 
Précautions particulières : Cet AR entrera en vigueur le 1er janvier 2019. Cet AR prévoit que l’IBPT fixe le tableau des fréquences et les conditions d’examens. Cela se fera par une décision du Conseil de l’IBPT au préalable d’une consultation. 
La consultation au sujet du tableau des fréquence est actuellement en cours et vraisemblablement sous peu, une autre concernant les examens. 
Aussi longtemps qu'une nouvelle décision du Conseil de l’IBPT n’est pas publiée, le tableau actuel des fréquences reste toujours d’application (voir site de l'IBPT) et ce, même après le 1er janvier 2019. Ceci pour couper court à certaines contrevérités diffusées par email ou sur certains forums.  
 

BIPT facturen 2019 03-01-2019
Wie aan BIPT heeft laten weten dat hij/zij de facturen per e-mail wenst te ontvangen heeft deze voor 2019 waarschijnlijk vandaag in de mailbox ontvangen. De facturen per post komen waarschijnlijk in de loop van de volgende dagen bij hun bestemmeling.
Omdat het nog niet voor iedereen even duidelijk is hoe er vanaf dit jaar (ten gevolge van het nieuwe KB) gefactureerd wordt een kort overzicht:

- Iedereen moet dit jaar zijn/haar bedieningscertificaat betalen, dit kost €25,31 en is 5 jaar geldig (wie in deze periode niet verhuist of van roepnaam wijzigt ontvangt pas in 2024 hiervoor de volgende factuur).

- Wie een eigen station heeft (dit wil zeggen in het bezit is van zendapparatuur, met inbegrip van mobiele of draagbare) heeft ook een stationsvergunning nodig. Deze kost €50,62 en is 1 jaar geldig (je mag de volgende factuur dus in 2020 verwachten). Indien er meerdere radioamateurs onder hetzelfde dak wonen (hetzelfde station gebruiken) moet de stationsvergunning slechts één maal betaald te worden. Wie geen zendapparatuur heeft moet geen stationsvergunning hebben. BIPT heeft enkele weken geleden een brief met antwoordformulier verstuurd met de vraag om de nodige inlichtingen. Wie het formulier correct ingevuld heeft en toch ten onrechte een factuur ontvangt moet het BIPT (ram [at] bipt [dot] be) hiervan op de hoogte brengen.

- Wie meer dan één roepnaam heeft (vanity call) moet per bijkomende roepnaam een jaarlijks recht van €50,62 betalen. Indien je ook een stationsvergunning nodig hebt wordt de stationsvergunning en het jaarlijks recht voor de bijkomende roepnamen op één factuur verrekend.

Homage to the Insurgents of the Wielkopolska (Greater Poland) Uprising 1918-1919 03-01-2019
AwardVan 27 december 2018 t.e.m. 15 januari 2019 zijn volgende special event stations actief:
  • SN1ØØPW – Inname van het Grolman Fort door scouts (SP3ZAC);
  • SQ1ØØPW – Stad Piła (SP3ZBY);
  • 3Z1ØØPW – Stad Ostrów Wielkopolski (SP3POW);
  • SN1ØØLAW - Inname van de "Ławica" luchthaven (SP3KPH);
  • SP1ØØPW - Gevechten in het zuiden van Wielkopolska (Greater Poland, SP3KQV);
  • SO1ØØPW – Krobia (SP3PGS);
  • HF1ØØWW – Bevrijding van Wolsztyn (SP3PWL);
  • SN1ØØIP – Aankomst van Ignacy Paderewski in Poznań (SP3PML);
  • SN1ØØZN – Deelname van the Żnin county in de opstand (SP2KPD);
  • SO1ØØPWJ - Deelname Jarocin county in de opstand (SP3J)
Voor elk van deze stations is een herinneringsdiploma beschikbaar indien men twee QSO met dit station maakt.
Alle verdere info en logcheck via deze pagina waar de diploma's ook gratis te downloaden zijn.


Homage to the Insurgents of the Wielkopolska (Greater Poland) Uprising 1918-1919 03-01-2019
AwardVan 27 december 2018 t.e.m. 15 januari 2019 zijn volgende special event stations actief:
  • SN1ØØPW – Inname van het Grolman Fort door scouts (SP3ZAC);
  • SQ1ØØPW – Stad Piła (SP3ZBY);
  • 3Z1ØØPW – Stad Ostrów Wielkopolski (SP3POW);
  • SN1ØØLAW - Inname van de "Ławica" luchthaven (SP3KPH);
  • SP1ØØPW - Gevechten in het zuiden van Wielkopolska (Greater Poland, SP3KQV);
  • SO1ØØPW – Krobia (SP3PGS);
  • HF1ØØWW – Bevrijding van Wolsztyn (SP3PWL);
  • SN1ØØIP – Aankomst van Ignacy Paderewski in Poznań (SP3PML);
  • SN1ØØZN – Deelname van the Żnin county in de opstand (SP2KPD);
  • SO1ØØPWJ - Deelname Jarocin county in de opstand (SP3J)
Voor elk van deze stations is een herinneringsdiploma beschikbaar indien men twee QSO met dit station maakt.
Alle verdere info en logcheck via deze pagina waar de diploma's ook gratis te downloaden zijn.


Factures IBPT pour 2019 03-01-2019
L'IBPT vient d'envoyer les factures par courriel aux personnes ayant expressément souhaité une facture électronique. Les factures papier vous parviendront par la poste probablement dans les prochains jours.

Avec le nouvel AR, il y a quelques petits changements comme suit :
 
- Chaque personne doit payer son certificat d'opérateur dont le montant s’élève à 25,31 €uro et qui reste valable 5 ans. (Donc sauf modification de ce certificat, la prochaine facture vous parviendra en 2024).
 
- Pour les OM ayant une station (donc qui sont en possession d'un équipement d'émission, y compris en mobile ou en portable) ceux-ci devront payer de surcroit une licence pour cette station, soit un montant de 50,62 €uro pour un an (donc prochaine facture en 2020 - avec indexation). Si plusieurs radioamateurs habitent sous le même toit et partagent la même station, il suffit de payer une seule licence-station. Pour les OM qui ne possèdent pas de matériel d'émission, il ne faut pas de licence-station. (Cela n'empêche pas cet OM d'opérer une station club ou la station d'un autre OM). 
- L'IBPT vous a envoyé début décembre un courrier avec un formulaire vous demandant ces informations. Si vous avez bien rempli ce formulaire dans lequel, vous stipuliez que vous ne vouliez pas de licence-station, mais si vous avez quand même reçu une facture s’y rapportant, nous vous invitons à prendre contact avec le service licence de l'IBPT (ram [at] ibpt [dot] be), pour correction. 
 
- Si vous avez un indicatif additionnel (vanity call), il vous faudra aussi payer la somme de 50,62 €uro par an. (Ceci vient en plus du certificat d'opérateur et éventuellement de la licence-station).
 

Diplôme des 100 ans du Junkers F 13 04-01-2019
Junkers AwardAprès la Première guerre mondiale, des ingénieurs et des techniciens débutèrent sous la direction d‘ Hugo Junker et d‘Otto Reuter la construction d‘un nouvel avion de ligne. L‘avion fut uniquement développé pour l‘aviation civile. Le premier vol eut lieu le 25 juin 1919 et fut suivi de quelques records. Il ne reste aujourd‘hui que 5 exemplaires connus pouvant être admirés dans différents musées européens.

Le diplôme peut être obtenu par tout radioamateur possédant une licence officielle ainsi que par les SWL.  Pour demander le diplôme il faut atteindre 100 points. Chaque station peut être notée pour chaque bandes et mode utilisé (téléphone, CW, digital).  Sont pris en compte les contacts établis entre le 1er janvier 2019 et le 20 juin 2019 avec les stations suivantes:
  • DF13DEJU – 10 points – Station spéciale, symbolisant les usines de Dessau
  • DF13BUD – 10 points – Station spéciale, symbolisant le F 13 à Budapest
  • DF13PAR – 10 points – Station spéciale, symbolisant le F 13 à Paris
  • DF13STO – 10 points – Station spéciale, symbolisant le F 13 à Stockholm
  • DF13MUC – 10 points – Station spéciale, symbolisant le F 13 à Munich
  • DF13BLN – 10 points – Station spéciale, symbolisant le F 13 à Berlin

Les contacts établis à partir d‘un engin volant avec une station spéciale rapporte 20 points en plus des autres contacts et ce quelques soit la bande et le mode utilisés. Le diplôme est gratuit.  Il ne peut être demandé que sur le site internet au plus tard le 30 juin 2020.  L‘expédition de celui-ci se fait par mail au format pdf
100 Jaar Junkers F-13 Award 04-01-2019
Junkers AwardNa de eerste wereldoorlog begonnen technici o.l.v. Hugo Junker en d‘Otto Reuter aan de bouw van een nieuw type vliegtuig. Het vliegtuig, dat zijn maidentrip op 25 juni 1929 uitvoerde, werd enkel ontworpen voor de burgerluchtvaart. Verschillende rekorden werden gebroken. Vandaag de dag zijn er nog een vijftal exemplaren in verschillende Europese musea te bewonderen.

Dit herdenkingsdiploma kan worden behaald door zowel zend- als luisteramateurs die honderd punten bij mekaar sprokkelen. Verschillende special event stations zullen actief zijn waarbij elk station in verschillende band/mode combinaties kan worden gewerkt om extra punten te behalen.  Elke verschillende band/mode combinatie levert je tien punten op. Hier alvast een lijstje van de special event stations die tussen 1 januari en  20 juni  2019 actief zijn:
  • DF13DEJU –  ter herdenking van de fabriek te Dessau
  • DF13BUD  – ter herdenking van de F13 te Budapest
  • DF13PAR  – ter herdenking van de F13 te Parijs
  • DF13STO  – ter herdenking van de F13 te Stockholm
  • DF13MUC  – ter herdenking van de F13 te München
  • DF13BLN - ter herdenking van de F13 te Berlijn
  •  

Werk je één van deze stations als /AM (aeronautical mobile) dan levert dit je meteen twintig punten op. Het gratis award is uitsluitend via internet verkrijbaar en moet voor 20 juni 2020 worden aangevraagd.